A C H T E R G R O N D van het D A G B O E K
Het onderstaande dagboek is geschreven tussen 1770 en 1825. Dit was een woelige periode in de vaderlandse geschiedenis. De Gouden Eeuw was ruim voorbij en de economie raakte in een neerwaartse spiraal. Nederland raakte achterop bij de omringende landen. Regenten hadden de bestuurlijke macht en voerden dat slecht uit. In het midden van de eeuw werd dan ook een Oranje aangesteld als stadhouder. Eerst Willem IV en in 1751 Willem V. Er werd een dure zeeslag met de Engelsen verloren en het volk begon te morren. De regenten zagen hun kans weer schoon en stookten het vuurtje op tegen Willem V. Deze groepen gewapende mannen werden “patriotten” genoemd die dus tegenover de Oranjegezinden stonden. Doordat de rijke kooplui geen ondernemers meer waren maar hun geld verdienden met het ontvangen van rente, gleed Nederland steeds verder in de armoe. Willem V vluchtte onder druk van de Patriotten naar Nijmegen maar probeerde in 1787 nog een keer met het Pruisische leger de Patriotten terug te dringen. In die periode trokken ook de Engelse soldaten door Westenesch. Dat was in de maand september (pagina 15). Inmiddels ging het ook mis in Frankrijk en bestormden de revolutionairen in 1789 de Bastille. De Franse soldaten trokken samen met de aangesloten Patriotten over de bevroren waterlinies naar Noord-Nederland en werden de Oranjegezinden verslagen. In februari 1795 trokken de Franse soldaten door Coevorden en Westenesch (blz. 47 & 48). De Franse tijd was aangebroken en bepaalde sterk het leven in Westenesch vanaf 1800.
Het lezen en begrijpen van de teksten is een uitdaging. Deels om het handschrift en om het feit dat het oud-Nederlands is. Maar ook doordat er geen komma’s of punten gebruikt worden. Verder is het soms wat cryptisch, dat maakt het moeilijk sommige woorden in de juiste context te plaatsen. De teksten rechts naast de gekopieerde pagina’s zijn letterlijk genoteerd.
De moeite waard om te bekijken:
pagina 14, 1783: Van een serie grote aardbevingen met 80.000 doden in Italië op 5 februari kun je een paar maanden later in Westenesch de rookwolken zien. Gelijkertijd is het in Drenthe zo droog dat er een grote veenbrand uitbreekt. En begin 1784 overlijdt de vader. Jan Iken Schirring. Het is de enige direct verwijzing naar een familierelatie.
pagina 48-49, 1795: eerst Engelse en later Franse soldaten overnachten in het dorp. In Coevorden worden door de Engelsen een buskruitmagazijn opgeblazen. Het waren roerige tijden in de Zeven Provinciën.
Pagina 52, 1799: overstromingen met veel schade
Pagina 63, 3 februari 1825: grote overstromingen in Groningen, Friesland en NW Overijssel met 379 doden. Hasselt, Zwolle, Steenwijk, Meppel, Harlingen, Sneek, Heerenveen, Leeuwarden, Lemmer en Ens, zijn steden genoemd bij deze ramp.
Opmerkelijk is dat er vaak specifieke getallen genoemd worden: datums, geldbedragen bij de administratie en specifieke Bijbelteksten zoals Handelingen 20 vers 32. Dat zou erop kunnen wijzen dat de notities gemaakt zijn op basis van aantekeningen die kort na een gebeurtenis gemaakt zijn.
De mogelijke schrijver of schrijfster.
In het dagboek staat geen expliciete aanwijzing wie het dagboek geschreven heeft. Wat we wel weten is dat op pagina 14 staat: “Onze vader, Jan Schirringe, is op 13 januari 1784 gestorven.” Deze Jan Schirringe is geboren als Jan Harms IJkinge te Weerdinge en gedoopt op 17-1-1710. En volgens de acte overleden te Westenesch op 13-1-1784. Jan is op 2 mei 1745 getrouwd te Emmen met Trijntje Hindriks Nijenschirring geboren te Westenesch, gedoopt op 24-3-1715 te Emmen en begraven te Emmen op 15-3-1796. Jan wordt ook genoemd: Jan Nijenschirring en Jan IJken Schirring. Het echtpaar krijgt 6 kinderen:
-
Hendrik Schirring. 1735 – 1820. Trouwt en blijft in Westenesch. Zoon: Jan IJken.
- NN IJkinge. 1737 -1737.
- Jantje Schirring, 1739 – 1819. Trouwt naar Oosterhesselen
- Willempje Schirring: 1742 – 1816. Trouwt naar Roswinkel
-
Hillegien Schirring, 1750 – 1799. Trouwt en blijft in Westenesch. Dochter: Geertien.
- NN IJkinge 1759 – 1759.
Geen enkele van deze kinderen kan het hele dagboek zelf geschreven hebben. De laatste aantekening is van 1825,
Hendrik en Hillegien zijn de enige twee mogelijke schrijvers van het deel van het dagboek tot 1799. Gezien het feit dat Hendrik Schirring op de eerste pagina genoemd wordt en gezien de inhoud tot en met de pagina van 1799 is voor nu het uitgangspunt dat Hillegien het dagboek tot dan geschreven heeft.
Hendrik trouwt en krijgt een zoon Jan IJken Schirring. Hillegien trouwt en krijgt een dochter Geertien Horringe. Deze neef en nicht trouwen met elkaar. Het zou dan kunnen dat Geertien van 1822 tot en met 1825 het schrijven overneemt. Inhoudelijk zijn deze pagina’s afwijkend van waar het in 1799 mee eindigde. Met deze actie komt het dagboek ook weer in de Schirring-Wiggers familie. Hendrik Wiggers maakt er later meerdere aantekeningen in.
I N L E I D I N G
Een uniek dagboek van een familielid uit de Hadders -> Wiggers -> Schirring tak dat begint in 1770 en met een onderbreking doorloopt tot 1825.
Het dagboek is geschreven op de blanco pagina’s van een wetboek “SELWERDER LANDT-RECHTEN”. Het is een soort handleiding voor het wettelijk gezag met betrekking tot grond- en pachtzaken. Eigenlijk is het geen dagboek maar een verslag van gebeurtenissen van een afgelopen jaar. In het begin is het vooral een soortadministratie van ontvangsten en uitgaven. Pas in 1783 begint de verslaggeving per jaar.Tussendoor hebben andere schrijvers op een later tijdstip ook notities gemaakt.
De rest van blz 2 wordt gebruikt om een recept te geven voor een koe die haar nageboorte laat staan. Normaal gesproken moet de nageboorte binnen 6 uur loskomen. Als dat niet binnen 24 uur gebeurt heb je een probleem. Hillegien heeft daarvoor een recept:
- o een half oort water (“oord” inhoudsmaat: 0,175 liter)
- o een half oort eedek (“azijn” streektaal voor azijn),
- o een matijn roefoolij (“maatje” is een inhoudsmaat: 1/8 spint = 0,625 liter, “raapolie”)
- o een muskaat die in een toestand is dat die in het water zinkt.
Eerst moet je het water heet maken en dan met de edik erin aan de kook brengen. dan de oollie erbij en dat geheel laten koken zoals je eieren kookt. Daarna de muskaat erbij, even laten doorkoken. Dan de pot toedekken en laten afkoelen. Er staat niet bij hoe je het gebruiken moet.
> Nootmuskaat is een in de oude geneeskunde bekend middel bij deze problemen.
> roefoolij = raapolie (vertaald uit het Drentse woordenboek).
Vanaf deze pagina begint het pas een overzichtelijk jaarboek te worden. Je kunt tussen de verschillende jaartallen als 1783 en 1784 duidelijk een nieuw begonnen schrift herkennen. De aardbeving in 1783 vond plaats in Zuid-Italie. Na een serie zware aardbevingen kwamen er ook nog vloedgolven die steden en dorpen totaal verwoestte en in totaal aan meer 80.000 mensen het leven kostte. In juli kon men de rook van deze ramp in Westenesch nog zien!
In Nederland was het begin van de zomer uitzonderlijk droog. Zo droog dat er in augustus zelfs veenbranden uitbraken en ze het vuur moeten tegenhouden om
dorpen te beschermen tegen het vuur. Op 25 oktober 1783 heeft dominee Begeman van Sleen afscheid genomen en op 3 november 1783 heeft dominee Sentelaa afscheid genomen.
Een belangrijke mededeling: op 8 januari 1784 is onze vader Jan Schirrenge ziek geworden en de 13 overleden. Hij is op de 20ste begraven. Het overlijden is bevestigd bij akte. Door deze mededeling weten we in ieder geval zeker dat de schrijven een kind is van Jan Schirrenge. Verder weten we dat Hindrik en Hillegien kinderen van Jan of Jan Iken zijn.De preek uit Job 14 vers 10: “Maar een man sterft als hij verzwakt is, en de mensch geeft den geest: waar is hij dan?”
Het was een zeer woelige tijd in Nederland in deze periode. Op 31 december 1787 worden 3 predikanten ontheven uit hun functie. Dat heeft te maken met de onrust in de Zeven Provinciën. “paterjotterij” is de leer van de Patriotten aanhangen. Om het laatste deel van de pagina wordt over 1788 gesproken. Er is van Münster een geldbedrag ontvangen voor veengronden. Daarvan hebben ze de eerste bomen van het “emder holt” (= Emmerdennen??) gepoot.
Predikanten van de Hervormde Gemeente Emmen opgericht in 1600:
ber* naam intrede herkomst afscheid /losmaking vervolg
ds. H. Asuerus (Henricus) ??-??-1600 kandidaat ? ?-??-1602 Beerta
02 ds. J. Schroder (Johannes) ??-??-1603 kandidaat ??-06-1603 Beilen
ds. B. Strothusius (Bernhardus) voor 1607 ??-??-1613
ds. J. Rusius (Johannes) ??-08-1614 08-12-1615 Assen
ds. H. Brachtesende (Herbertus) ??-??-1616 22-05-1657 overleden
ds. J. Welveldt (Jodocus) 23-06-1658 ??-09-1672 gevlucht
ds. G. Cock (Gerhardus) ??-10-1673 ??-06-1705 overleden
ds. G. Cock (Gerhardus) 06-10-1705 Gasselternijveen ??-05-1743 emeritus
01 ds. M. Witzenborg (Michael) 16-06-1743 kandidaat 12-05-1773 overleden 00
04 ds. J. Hemmes (Johannes) 21-05-1775 Hasselt ??-03-1788 afgezet > patriot 00
03 ds. J.H. Mensinga (Johannes Henricus) 25-01-1789 hulppred Oude-Schans 23-02-1794 Nieuw-Beerta 01
01 ds. J.P. Doornbosch (Jan Pieter) 29-06-1794 Uitwierda 15-03-1796 emeritus 00
– ds. J. Hemmes (Johannes) 15-03-1796 afgezet Emmen 09-11-1806 emeritus 00
Pagina 51: Dominee Doornbos waar waarschijnlijk te veel patriot en is daarom na 2 jaar, in 1797, alweer ontslagen. Tot verdriet van Hillegien. De Franse soldaten blijven in grote getale in de buurt.
Opmerkelijk hier is de invloed van Napoleon: de kerkgoederen moeten worden opgegeven (voor belasting natuurlijk) en de huizen krijgen nummers. Verder worden de huizen van weduwen en van vrijgezelle dames in kaart gebracht. De wet zegt nu dat een man de zuster van zijn overleden vrouw mag trouwen. De laatste opmerking zou kunnen gaan over de belastingaangifte van Hillegien zelf. 108 gulden.